Ieder leven kenmerkt zich in levensfasen, in perioden waarin een duidelijk onderscheid is in bv. leeftijd en groei. Van baby tot kleutertijd, lagere-schooltijd, pubertijd, van jongvolwassene naar volwassene en ouderdom. Elke periode onderscheidt zich in leeftijd, in wetmatigheden en wat gangbaar is voor die tijd.
De antroposofische indeling gaat uit van de 7-jaarsfasen. Elke fase kent zijn specifieke eigenschappen en patronen en doorgaans doorloopt ieder mens deze fasen op een normale gangbare manier.
De 7-jaarsfasen kunnen door specifieke vragen onderzocht worden: hoe zijn ze doorleefd en welke gebeurtenissen hebben plaats gevonden.
Ingrijpende gebeurtenissen kunnen de ontwikkeling in de levensfasen flink in de war brengen en invloed krijgen in het verdere leven. Hierdoor kunnen patronen en overtuigingen de weg naar vrijheid beperken of blokkeren. Door de 7-jaars fasen te onderzoeken door vragen naar de feiten en herinneringen kan een rode draad zichtbaar worden, overlevingstechnieken aan het licht komen en aannames opgeheven worden. Kunnen er vergeten parels weer gaan stralen en sluimerende dromen nieuwe impulsen krijgen.
Het onderzoek van de 7-jaars perioden schept ook orde in je leven.
Ook kan het je levensverhaal zonder specifieke vraag in beeld brengen als basis voor je eigen biografie of levensboek.